Referentiefuncties

Functie-indeling  -  Niveau Onderscheidende Kenmerken (NOK)

Bedrijfsbeheerder

  -   Algemeen    -    A.6.I



Bedrijfsbeheerder I Bedrijfsbeheerder II
Aantal medewerkers
  • Totale vestiging bestaat uit:
  • 3 tot 8 (parttime) medewerkers;
  • 1 tot 3 fulltime equivalenten.
  • Totale vestiging bestaat uit:
  • 6 tot 15 (parttime) medewerkers;
  • 3 tot 8 fulltime equivalenten.
Disciplinediversiteit
  • De vestiging onderscheidt slechts een beperkt aantal disciplines (b.v. bediening + beperkte keuken of receptie + kamers).
  • Functie komt hoofdzakelijke voor in een klein horecabedrijf (fastservice, café/bar, restaurant, klein hotel zonder restaurant e.d.).
  • De vestiging onderscheidt slechts een beperkt aantal disciplines (b.v. bediening + beperkte keuken of receptie + kamers).
  • Functie kan voorkomen in een gecombineerd klein horecabedrijf.
Vrijheidsgraden functie
  • Niet-reguliere besluiten worden genomen door (meewerkend) eigenaar. De bedrijfsbeheerder I werkt volgens vastomlijnde regels en voorschriften. Hij/zij weet wat, wanneer en hoe gedaan moet worden.
  • Besluiten die hij/zij neemt kan hij/zij nemen op basis van eerdere situaties of bestaande afspraken. Bij twijfel of onduidelijkheid valt hij/zij terug op de (meewerkend) eigenaar/ondernemer.
  • Hij/zij heeft nagenoeg geen invloed op het bedrijfsresultaat anders dan door optimale service en klantenbinding.
  • Niet-reguliere besluiten worden genomen door (meewerkend) eigenaar. De bedrijfsbeheerder II werkt volgens richtlijnen van de (meewerkend) eigenaar.
  • Indien zich problemen voordoen die al eerder aan de orde zijn geweest, neemt hij/zij zelf een besluit en koppelt dat achteraf terug. Alleen bij evident afwijkende situaties valt hij/zij terug op de (meewerkend) eigenaar.
  • Van de functiehouder wordt verwacht dat hij/zij actief meedenkt en input geeft voor verbetering/optimalisatie van de dienstverlening en (werk)processen. Hij/zij moet dus oplossingen voor knelpunten en problemen aandragen op basis van zijn eigen ervaring.
  • Hij/zij heeft een bijdrage op de ontwikkeling van het bedrijfsresultaat.
Zwaartepunt functie
  • Functie wordt niet formeel/functioneel aangesproken op het komen met voorstellen voor verbetering van de bedrijfsprocessen, lokale promotie acties of de aanschaf van apparatuur.In de beoordeling van de medewerker kan dit wel bijdragen tot een betere eindbeoordeling.
  • De bedrijfsbeheerder II is te typeren als de meewerkend voorman. Hij/zij richt zich vooral op de operationele aansturing (dagelijkse coördinatie, planning, aansturing personeel) en de voorbereiding (openen/opstarten en sluiten van vestiging, dagelijkse bestellingen).
  • De bedrijfsbeheerder II heeft een korte termijn focus (enkele weken vooruit), maar wordt omdat hij/zij overzicht heeft op het gehele werkproces door de eigenaar ook betrokken in de discussie over de verbetering van de bedrijfsprocessen, aanschaf van apparatuur en lokale promotie-acties.
Referentiefunctieshandboek 2002
  • Bedrijfsleider (klein horecabedrijf) (A.5.1)
  • Niet van toepassing.
Functiegroep
5 6 (referentie)