-
tot 5 (parttime) medewerkers;
-
tot 3 fulltime equivalenten.
|
-
5 tot 10 (parttime) medewerkers;
-
3 tot 5 fulltime equivalenten.
|
-
De beschikbaarheid van middelen, materialen, kaders, werkinstructies, procedures en personeelsaangelegenheden vallen onder verantwoordelijkheid van de leidinggevende en zijn derhalve een gegeven voor de chef huishouding I.
|
-
De chef huishouding II is voor de eigen afdeling/het eigen team verantwoordelijk voor de beschikbaarheid van middelen en materialen en operationele personeelsaangelegenheden. Hij/zij levert vanuit de praktijk input t.a.v. geconstateerde knelpunten en implementeert verbeteringen in de lopende bedrijfsvoering.
|
-
Er is sprake van een korte lijn tussen de chef huishouding I en diens leidinggevende. De functiehouder kan een direct beroep doen op de leidinggevende dan wel hem/haar consulteren.
|
-
Er is sprake van enige afstand tussen leidinggevende en de chef huishouding II, met name door fysieke afstand en/of de verdeling van de aandacht van de leidinggevende over meerdere disciplines. Dit vraagt van de functiehouder een bepaalde mate van zelfstandigheid aangaande het opvangen van afwijkingen en onregelmatigheden in de dagelijkse lopende bedrijfsvoering.
|
-
De chef huishouding I stuurt de medewerkers vakinhoudelijk aan, zonder dat er sprake is van een hiërarchische bevoegdheid.
|
-
De chef huishouding II is als hiërarchisch leidinggevende verantwoordelijk voor een groep medewerkers.
|
-
Het primaat van de functie is gelegen op het meewerken in de uitvoering als 1e medewerker.
|
-
Het primaat van de functie is gelegen op het coördineren, regelen, bijsturen van het team en zorg dragen voor de beschikbaarheid van middelen en materialen.
|
-
Eerste medewerker kameronderhoud (H.4.3)
-
Chef linnenkamer (H.4.2)
|
-
Chef schoonmaak/onderhoud (S.5.1)
-
Hoofd huishoudelijke dienst A (H.5.1)
|
4 |
5 (referentie) |